|
||||||||
U zal begrijpen dat bij ondergetekende de oren behoorlijk gespitst worden, als er een CD binnenkomt van een band, die de naam van één van onze favoriete Belgische muzikanten draagt en die zich voorstelt als “the best in Finnish gypsy jazz”. Nu ik de debuutplaat van dit Finse vijftal een aantal keren de revue heb laten passeren, kan ik alleen maar instemmend knikken: deze mensen hebben erg goed begrepen waar het in de swing om draait en ze zijn meer dan zomaar een beetje met hun muziek bezig: hier straalt de passie van af en, al zou je ’t niet zeggen bij het bekijken van het “making of…” filmpje, ze amuseren zich duidelijk wel. Ik neem aan dat de ernst die van dat filmpje uitgaat, ingegeven werd door studio-stress, maar dat is allang vergeven en vergeten. De vijf, dat zijn violiste Laura Airola, drie gitaristen, Aki Hauru, Kimmo Iltanen en Tomi Kettunen, en bassist Tero Tuovinen.Ze spelen sinds 2011 samen, deden in de loop der jaren flink wat gespecialiseerde festivals aan en bouwden zo stelselmatig een fijne reputatie op binnen Finland. Dat resulteert nu in een debuutplaat, waarvan de titel veelzeggend is: een dozijn standards, die stuk voor stuk knappe versies meekrijgen en op die manier al het goeds bevestigen dat we in onze zoektocht naar informatie over het kwintet tegenkwamen. Het begint al bij opener “Anniversary Song”, ook bekend als “Danube”: zowel de gitaar als de viool gaan volop schitteren en zetten de toon voor een goeie vijftig minuten heerlijke swing. Dat krijgt verlengingen via Narciso Yepes’ “Malagueña” en Coleman Hawkins’ “Out of Nowhere” die ook al door Django de eeuwigheid in gespeeld werden. Mochten evenmin ontbreken: “Smile” dat we vooral kennen in de versie van Nat King Cole en dat hier fijntjes “verbouwd” wordt, “Dynamisme” dat ons nog eens deed teruggrijpen naar ons Stan Brenders-materiaal, “Jardin d’Hiver”, waarvan de Henri Salvador-versie indrukwekkend blijft. “Taj Mahal” was altijd al een hoogtepunt voor de Hot Club,hoeveel opnames er zijn van “Limehouse Blues”, durf ik zelfs niet te schatten, maar het blijft, ook na bijna een eeuw, nog altijd een geweldig nummer en de Finnen weten erg goed de weemoed te vangen, die van “Où es-tu, Mon Amour”. Als er al één nummer de titel van “signatuursong” van Django, dan is dat, wat mij betreft, “Mabel” en de Grappelli-interpretatie, die Laura Airola hier brengt, kan rustig naast het origineel staan. Afsluiten doet de band met Spencer Williams’ “I’ve Found a New Baby” en dat is nog maar eens een gelegenheid om de vingervlugheid te etaleren, die bij dit nummer hoort. De sterkte van deze plaat zit hem in de combinatie van technisch meesterschap, passie voor de swing en plezier in het samenspelen. We hebben hier in en om Brussel jaarlijks de Djangofollies en, laat ik duidelijk zijn: deze Finnen horen daar absoluut thuis, want zij hebben de muziek van de man bijzonder goed begrepen. Heerlijk plaatje! (Dani Heyvaert)
|
||||||||
|
||||||||